Basiskennis schei- en natuurkunde
Produktform: Buch / Einband - flex.(Paperback)
´´ Alle stoffen in de natuur zijn opgebouwd uit atomen. Er zijn stoffen die uit een soort atomen bestaan, die noemen we elementen. Voorbeelden zijn zuurstof, broom, z- vel, aluminium. Zuurstof is een gas, broom is een vloeistof, zwavel en aluminium zijn vaste stoffen (bij kamertemperatuur). De meeste stoffen zijn echter opgebouwd uit twee of meer verschillende atomen die op een karakteristieke manier aan elkaar gekoppeld zijn. We spreken dan van v- bindingen. Voorbeelden zijn water (een verbinding van waterstof en zuurstof ), suiker (een verbinding van koolstof, waterstof en zuurstof ), keukenzout (een verbinding van natrium en chloor), koolstofdioxide ofwel koolzuurgas (een verbinding van koolstof en zuurstof ) en amalgaam (een verbinding van kwik, zilver en tin). Water is een vloeistof, suiker, keukenzout en amalgaam zijn vaste stoffen en koolstofdioxide is een gas (bij kamertemperatuur). Je ziet aan de voorbeelden dat stoffen op een aantal manieren in groepen in te delen zijn. – De eerste indeling is die in elementen en verbindingen. – De tweede indeling is die in aggregatietoestand: vast (s, solid), vloeibaar (l, liquid) of gasvormig (g, gas). – Een derde, nog niet eerder genoemde indeling is die in organische stoffen (ko- stofverbindingen) en anorganische stoffen (stoffen zonder koolstof ). Organische en anorganische stoffen Organische stoffen komen voor in de levende natuur, in organismen (bomen, pl- ten, mensen, dieren). De meeste geneesmiddelen zijn organische stoffen, zoals paracetamol en lidoca?¨ne. Bij verbranding worden organische stoffen altijd zwart. Er bestaan miljoenen organische stoffen.weiterlesen
Dieser Artikel gehört zu den folgenden Serien
45,11 € inkl. MwSt.
Recommended Retail Price
kostenloser Versand
lieferbar - Lieferzeit 10-15 Werktage
zurück